woensdag 14 september 2016

Tropen kolder in de polder



Het is maandagavond als ik te horen krijg dat dat de kids een tropenrooster draaien op dinsdag en dat de vrouw in de ochtend moet werken. Ik zou dinsdag kunnen vissen en dan zelfs tot 2 uur. Tenminste als dat uit te houden is bij dik 30 graden wat ik zelf niet denk. Diezelfde avond heb ik nog wat ap verkeer met Raymond.



Het is dan dinsdag ochtend heel vroeg als ik wakker word en besluit vandaag eens te gaan vissen met de vliegenhengel op voorn. Iets wat ik al een lange periode niet gedaan heb. Zo zou ik ook geen snoek kunnen vangen. Met deze temperaturen is het ook niet verantwoord om deze waterwolfen te haken. 

Dan volgt er een kleine zoekactie hier thuis. Want als ik iets opberg…..Uiteindelijk vind ik dan toch uiteindelijk wat ik nodig heb, doosje vliegen, hengel en reel en wat klein materiaal. Met een enigszins dikke nek van deze zoekactie breng ik de mannen naar school. 

Als ik thuis terug kom zie ik dat ik een berichtje van Raymond heb ontvangen. Hij kan ook even vissen tot 11 uur. Ik stuur hem direct een berichtje terug dat ik met de vliegenhengel gaat vissen en dat ik zijn kant op kom.



Een kleine vijf minuten later zit ik op mijn stalen ros richting Raymond. Zelfs nu al is het warm er staat nog geen zuchtje wind. Bij het huis van Raymond aangekomen staat deze al te wachten voor zijn huis. Gezamenlijk fietsen we richting de polder. Raymond gewapend met zijn rapier en ik met mijn splitcane vliegenhengeltje. Een cattanach aftma 4 met een lengte van 7 Ft gemaakt door Eric Terluin van Flevocane met daaronder een Tiemco reeltje.



Het duurt ook niet lang of we staan voor onze polder. Een polder die er met dit heldere weer prachtig bij ligt. We besluiten direct  te gaan vissen.



Rustig knoop ik een zelf gemaakt vliegenlepeltje aan de lijn. Dit lepeltje had ik een hele tijd geleden al gemaakt van een 12 mm colorado spinnerblaadje.Simpel te maken maar wat na de eerste worp al bleek zeer effectief. 

Nadat het lepeltje het water raakt begin ik rustig binnen te strippen. Het lepeltje is goed te volgen, zeker met de polaroid bril op. Dan zie ik vanuit mijn ooghoek een zwarte streep aankomen. Snoek, schiet er door mij heen. Die wil ik toch niet op het lepeltje hebben. En zo kan ik net voorkomen dat de snoek zich vergrijpt op dit kleine lepeltje van 12 mm. Bij de volgende worp is het een baars die niet van het lepeltje af kon blijven. Deze baars zou in dit stukje de enige vis verder blijven.



Nadat we een stukje verderop zijn belandt vangen we nog wat baarzen en voorns maar ook hier valt het daarna helemaal stil.

Baars op het vliegenlepeltje

Als we dan nog wat verder de polder inrijden zien we dat er veel bedrijvigheid is. Kanten van het water waar we willen vissen worden bijgehaald door een graafmachine. Niet echt een ideale plek nu om te gaan vissen. We besluiten verder te fietsen. Hier word het water ook weer helderder.


 Ook hier vangen we enkele vissen.

Er was geen zuchtje wind
Of het door het weer komt of niet het is vanochtend hard werken voor een visje. Mondjes maat vangen we een aantal baarsjes. Dan word het voor Raymond langzaam tijd om vissend richting huis af te zakken. 

Als we langs de plek komen waar we eerder begonnen om nog even te vissen zien we dat deze plek reeds is ingenomen door een vliegvisser. Even proberen we het nog maar als er dan nog een vliegvisser bij komt word het ineens wel erg druk. We besluiten af te zakken naar huis.


In de woonwijk wijk gekomen scheiden onze wegen en gaat Raymond naar huis en ik besluit het nog op een andere plaats te proberen. Deze plek ligt nog redelijk in de schaduw van wat bomen. Dat het geen verkeerde keuze is geweest om hier even te gaan blijkt al snel. Bijna ieder worp levert vis op. Baars en voorns alles door elkaar.



baars en voorn werden door elkaar gevangen
Langzaam zie ik dat de voorns gaan azen in de oppervlakte. Ik besluit de nimf waar ik mee vis te ruilen voor een droge vlieg. En dan wel een die gewoon altijd blijft drijven gemaakt van een zilver plastic kraaltje met een foam ruggetje erop gebonden volgens de overlevering een duikerwants. Hoe dan ook deze is zichtbaar en blijft drijven. Ik vind het een van de mooiste manieren van vliegvissen zo een drijvende vlieg die van het wateroppervlak word opgezogen. Ik staat te genieten en de splitcane hengel moet nu wel werken. Keer op keer verdwijnt het vliegje van de oppervlakte en worden er voorns gehaakt. 

een van de tijdelijke slachtoffers van de duikerwants
Maar aan alles komt een eind. Tegen twaalf uur is het hier ook niet te harden en ik besluit te stoppen. Drijfnat van het zweet kom ik thuis nog na te genieten van alle mooie vissen die ik op de vliegenhengel mocht vangen vandaag.

vrijdag 9 september 2016

De 25 mm terrible long



Ondanks dat de temperaturen nog oplopen tot ver boven de 20 graden en dat zelfs sommige weermannen voorspellen dat de 30 graden volgende week ook nog gehaald gaat worden merk je dat de natuur langzaam al aan het veranderen is. Niet zo gek want het is tenslotte al 9 september en dus ook bijna herfst.


Zo ben ik vandaag redelijk vroeg in de polder. De polder waar ik en Raymond zo graag struinen en die nog geen 10 minuten fietsen van ons huis af is. Overal zie je al vogels samen scholen. Hele groepen ganzen zijn neergestreken in de weilanden. Ook waterkippen zwemmen in een grote groep al bij elkaar. Een maand eerder konden deze vogels elkaar niet luchten of zien en werd regelmatig het water op stelten gezet doordat ze elkaar achterna vlogen en half verdronken. Ook andere watervogels werden door deze explosieve kippen niet geduld. 


Heerlijk even met de rapier er tussen uit. In de middag zou mij dat niet gaan lukken. De vrouw heeft een avond dienst en dus heb ik hier vanavond een mannen avond. Dus bleef de ochtend over om een paar uurtjes te vissen.


Vanochtend vroeg, toen ik wist dat ik kon gaan vissen had ik al besloten om maar een spinner mee te nemen naar de waterkant. Tenminste een type spinner. De helemaal zelfgemaakte terrible long 25 mm. Nu weet ik wel dat er op de rapier ook 30 mm terrible spinnertjes gevist kunnen worden maar ik had deze maat special gemaakt om nog iets lichter te kunnen vissen. De 25 mm bladen had ik reeds al zelf gemaakt toen ik niet uit de voeten kon. In deze periode maakte ik ook  een aantal verschillende maten van deze terrible bladen en bouwde hier spinners van het type terrible long van.De bovenkant van de as voorzie ik van een oogje met daaraan een ton warteltje en een klein anti kinkloodje. Op deze manier is de de spinner ook geheel antikink en kan het geheel zo aan de lijn worden vastgemaakt en ben je direct klaar om te vissen.

Het handgemaakte 25 mm terrible long spinnertje.

In de boeken van Jan Schreiner vertelt hij vaak hoe goed deze spinners zijn en hoe uitzonderlijk goed ze draaien. De terrible long is eigenlijk een spinner op een verlengde as. Zeg maar een spinner gebouwd op een spinstangetje van ongeveer 12 centimeter lang alleen met dit verschil dat het blad net boven de haakpunt draait. 

Een 45mm terrible long van Jan Schreiner
Als je ze zo ziet zijn het spinners die ondanks ze zo werden aangeprezen niet uitnodigend om mee te gaan vissen. Een blad wat strak over de haak punt draait, geen versiering op de haak. Nee uitnodigend ziet dit type spinner er zeker niet uit. En dan al helemaal als je de onderkant van het blad bijna over de haak punt ziet draaien. Hoe moet dat in vredesnaam vis vangen?

Nou was het ook niet Jan Schreiner die vertelde dat de vis niet naar de haak hapt maar naar het spinner blad? En zou het dan ook niet zo zijn dat als de vis dat doet deze het blad met haak in de bek krijgt? Reden genoeg om toch maar eens te kijken hoe dit type spinner het nu werkelijk doet in de praktijk.



Rustig, tenminste voor zover ik kan, knoop ik de terrible long aan de 12/00 nylon lijn. Met wat zuchten en steunen want ook ik ben toe aan een leesbril. Waar ik vorig jaar nog redelijk kon zien hoe ik een knoop moest leggen word het nu gokken. Uiteindelijk zit er een degelijke kunstaas knoop in het geheel en kan ik gaan vissen.


Dan volgt de eerste worp. En met een sierlijke boog beland het spinnertje netjes in het midden van de kruising van het polderslootje. Wat direct opvalt, is dat het blad net als bij alle goede terrible spinners direct begint te draaien. Een kort tikje om de lijn strak te trekken en dan rustig draaien. Het blad snort zoals alleen een terrible dat doet. De hoge toeren welke het blaadje maakt zijn goed te voelen op de top van mijn rapier. Heerlijk genieten. Worp na worp maak ik. Maar geen enkele aanbeet volgt.


Langzaam loop ik vissend verder. Is de vis er wel of moeten ze de terrible long niet? schiet er door mijn hoofd.

Geen tik gehad nog maar het ruikt gewoon naar vis.

Als ik dan niet veel later een tik op de top krijg verdwijnt de twijfel. Hangen. Een eerste baars heeft zich gemeld. En rustig draai ik de baars binnen en de baars die er niet mee eens is probeert met korte bonken de haak te lossen. Maar dat lukt hem niet en zo kan de eerste baars geland worden.  

De eerste op de 25 mm terrible long

In dit gedeelte staan er nog volop waterplanten. Waterplanten waar de terrible long zich zonder problemen doorheen laat vissen. Dit moet haast wel komen doordat het blad rakelings over de haak punt draait. Een heel groot voordeel dus wat ik nu in het begroeide water heb.


En dat de baarzen ook van waterplanten houden blijkt. De ene na de andere baars stort zich op de terrible long.


Over het haken hoef ik niet te klagen. Ruiken is hangen. En nagenoeg zit bij iedere baars de haak netjes voorin de bek en zijn ze dus ook nog eens makkelijk te onthaken.



Dan zie ik vanuit mijn ooghoek een vliegvisser aankomen. Is het wat? vraagt de man mij vriendelijk terwijl ik net uit gooi. Voor dat ik antwoord kan geven word de spinner welke net draaiend in het water valt vol gepakt. Dat dit geen baars is voel ik gelijk. Geen korte stoten maar langere halen. De rapier buigt en rustig word de vis gedrild. Een klein snoekje heeft de terrible long te pakken. Ik geef de vliegvisser te kennen dat de baars het goed doet. Verwonderlijk kijkt hij naar het snoekje wat ik met de hand land. Zitten die er ook vraagt hij? En bevestigend geef ik hem antwoord.

Het snoekje
Dan verteld de vliegvisser dat hij recent ook baarzen op de vliegenhengel had gevangen op de stek van 35 centimeter lang. Daar was hij zelf ook erg verbaasd over geweest. Ik zeg hem nog dat we geluk hebben met zo een mooie polder vol met vis. De vliegvisser geeft aan dat we dat we daar zeker blij  mee mogen zijn en hoop net als ik er nog lang te mogen vissen. Met een vriendelijke groet stapt hij weer op zijn fiets en dan verdwijnt hij verder de polder in.


Nog een paar worpen maak ik en ik vang nog een aantal baarzen. En dan is het voor mij ook tijd weer terug te keren naar de waan van de dag maar wel met een ervaring rijker. De terrible long is inderdaad een goede vanger. Iets wat Jan Schreiner al schreef maar wat het uiterlijk van de spinner niet doet vermoeden. Ik weet nu dat deze spinner draait als een lier en dat hij zich goed door waterplanten laat vissen. Dat nagenoeg alle vissen voorin de bek werden gehaakt en zonder moeite konden worden onthaakt.

 Kortom inderdaad een hele goede spinner